som Klæder skifter du dem; de skiftes, men du er den samme, og dine År får aldrig Ende!
Die zullen vergaan, maar Gij zult staande blijven; en zij alle zullen als een kleed verouden; Gij zult ze veranderen als een gewaad, en zij zullen veranderd zijn.
Dine Tjeneres Børn fæster Bo, deres Sæd skal bestå for dit Åsyn.
Maar Gij zijt Dezelfde, en Uw jaren zullen niet geëindigd worden. De kinderen Uwer knechten zullen wonen, en hun zaad zal voor Uw aangezicht bevestigd worden.