Ujutro faraon bijaše uznemiren u duši, pa pozva sve čarobnjake i sve mudrace egipatske: ispriča im faraon svoje sne, ali mu ih nitko nije mogao protumačiti.
En het geschiedde in den morgenstond, dat zijn geest verslagen was, en hij zond heen, en riep al de tovenaars van Egypte, en al de wijzen, die daarin waren; en Farao vertelde hun zijn droom; maar er was niemand, die ze aan Farao uitlegde.