1. Home
  2. Pair
  3. HebModern
  4. DutSVV
  5. Matt.8

Matthew 8

8:1
וירד מן ההר וילך אחריו המון עם רב׃
Toen Hij nu van den berg afgeklommen was, zijn Hem vele scharen gevolgd.
8:2
והנה איש מצרע בא וישתחו לו ויאמר אדני אם תרצה תוכל לטהרני׃
En ziet, een melaatse kwam, en aanbad Hem, zeggende: Heere! indien Gij wilt, Gij kunt mij reinigen.
8:3
וישלח ישוע את ידו ויגע בו ויאמר חפץ אנכי טהר ומיד נרפאה צרעתו׃
En Jezus, de hand uitstrekkende, heeft hem aangeraakt, zeggende: Ik wil, word gereinigd! En terstond werd hij van zijn melaatsheid gereinigd.
8:4
ויאמר אליו ישוע ראה פן תספר לאיש כי אם לך לך והראה אל הכהן והקרב את הקרבן אשר צוה משה לעדות להם׃
En Jezus zeide tot hem: Zie, dat gij dit niemand zegt; maar ga heen, toon uzelven den priester, en offer de gave, die Mozes geboden heeft, hun tot een getuigenis.
8:5
ויהי כבאו אל כפר נחום ויגש אליו שר מאה אחד ויתחנן לו לאמר׃
Als nu Jezus te Kapernaum ingegaan was, kwam tot Hem een hoofdman over honderd, biddende Hem,
8:6
אדני הנה נערי נפל למשכב בביתי והוא נכה אברים ומענה עד מאד׃
En zeggende: Heere! mijn knecht ligt te huis geraakt, en lijdt zware pijnen.
8:7
ויאמר ישוע אליו אבא וארפאהו׃
En Jezus zeide tot hem: Ik zal komen en hem genezen.
8:8
ויען שר המאה ויאמר אדני נקלתי מבאך בצל קורתי אך דבר נא רק דבר ונרפא נערי׃
En de hoofdman over honderd, antwoordende, zeide: Heere! ik ben niet waardig, dat Gij onder mijn dak zoudt inkomen; maar spreek alleenlijk een woord, en mijn knecht zal genezen worden.
8:9
כי אנכי איש נתון תחת השלטון וגם יש תחת ידי אנשי צבא ואמרתי לזה לך והלך ולזה בוא ובא ולעבדי עשה זאת ועשה׃
Want ik ben ook een mens onder de macht van anderen, hebbende onder mij krijgsknechten; en ik zeg tot dezen: Ga! en hij gaat; en tot den anderen: Kom! en hij komt; en tot mijn dienstknecht: Doe dat! en hij doet het.
8:10
וישמע ישוע ויתמה ויאמר אל ההלכים אחריו אמן אמר אני לכם גם בישראל לא מצאתי אמונה גדולה כזאת׃
Jezus nu, dit horende, heeft Zich verwonderd, en zeide tot degenen, die Hem volgden: Voorwaar zeg Ik u, Ik heb zelfs in Israël zo groot een geloof niet gevonden.
8:11
ואני אמר לכם רבים יבאו ממזרח וממערב ויסבו עם אברהם ויצחק ויעקב במלכות השמים׃
Doch Ik zeg u, dat velen zullen komen van oosten en westen en zullen met Abraham, en Izak, en Jakob, aanzitten in het Koninkrijk der hemelen;
8:12
אבל בני המלכות המה יגרשו אל החשך החיצון שם תהיה היללה וחרוק השנים׃
En de kinderen des Koninkrijks zullen uitgeworpen worden in de buitenste duisternis; aldaar zal wening zijn, en knersing der tanden.
8:13
ויאמר ישוע אל שר המאה לך וכאמונתך כן יהיה לך וירפא נערו בשעה ההיא׃
En Jezus zeide tot den hoofdman over honderd: Ga heen, en u geschiede, gelijk gij geloofd hebt. En zijn knecht is gezond geworden te dierzelver ure.
8:14
ויבא ישוע ביתה פטרוס וירא את חמותו נפלת למשכב כי אחזתה הקדחת׃
En Jezus gekomen zijnde in het huis van Petrus, zag zijn vrouws moeder te bed liggen, hebbende de koorts.
8:15
ויגע בידה ותרף ממנה הקדחת ותקם ותשרתם׃
En Hij raakte haar hand aan, en de koorts verliet haar; en zij stond op, en diende henlieden.
8:16
ויהי לעת ערב ויביאו אליו רבים אחוזי שדים ויגרש את הרוחות בדבר וירפא את כל החולים׃
En als het laat geworden was, hebben zij velen, van den duivel bezeten, tot Hem gebracht, en Hij wierp de boze geesten uit met den woorde, en Hij genas allen, die kwalijk gesteld waren;
8:17
למלאת את אשר דבר ישעיהו הנביא לאמר חלינו הוא נשא ומכאבינו סבלם׃
Opdat vervuld zou worden, dat gesproken was door Jesaja, den profeet, zeggende: Hij heeft onze krankheden op Zich genomen, en onze ziekten gedragen.
8:18
ויהי כראות ישוע המון עם רב סביבתיו ויצו לעבר משם אל עבר הים׃
En Jezus, vele scharen ziende rondom Zich, beval aan de andere zijde over te varen.
8:19
ויגש אליו אחד הסופרים ויאמר אליו רבי אלכה אחריך אל כל אשר תלך׃
En er kwam een zeker Schriftgeleerde tot Hem, en zeide tot Hem: Meester! ik zal U volgen, waar Gij ook henengaat.
8:20
ויאמר אליו ישוע לשועלים יש חורי עפר ולעוף השמים קנים ובן האדם אין לו מקום להניח שם את ראשו׃
En Jezus zeide tot hem: De vossen hebben holen, en de vogelen des hemels nesten; maar de Zoon des mensen heeft niet, waar Hij het hoofd nederlegge.
8:21
ואחר מן התלמידים אמר אליו אדני הניחה לי בראשונה ללכת ולקבר את אבי׃
En een ander uit Zijn discipelen zeide tot Hem: Heere! laat mij toe, dat ik eerst heenga, en mijn vader begrave.
8:22
ויאמר אליו ישוע לך אחרי והנח למתים לקבר את מתיהם׃
Doch Jezus zeide tot hem: Volg Mij, en laat de doden hun doden begraven.
8:23
וירד אל האניה וירדו אתו תלמידיו׃
En als Hij in het schip gegaan was, zijn Hem Zijn discipelen gevolgd.
8:24
והנה סער גדול היה בים ותכסה האניה בגלים והוא ישן׃
En ziet, er ontstond een grote onstuimigheid in de zee, alzo dat het schip van de golven bedekt werd; doch Hij sliep.
8:25
ויגשו אליו תלמידיו ויעירו אותו לאמר הושיענו אדנינו אבדנו׃
En Zijn discipelen, bij Hem komende, hebben Hem opgewekt, zeggende: Heere, behoed ons, wij vergaan!
8:26
ויאמר אליהם קטני האמונה למה זה יראתם ויקם ויגער ברוחות ובים ותהי דממה גדולה׃
En Hij zeide tot hen: Wat zijt gij vreesachtig, gij kleingelovigen? Toen stond Hij op, en bestrafte de winden en de zee; en er werd grote stilte.
8:27
ויתמהו האנשים ויאמרו מי אפוא הוא אמר גם הרוחות והים לו ישמעון׃
En de mensen verwonderden zich, zeggende: Hoedanig een is Deze, dat ook de winden en de zee Hem gehoorzaam zijn!
8:28
ויהי כבאו אל עבר הים אל ארץ הגרגשים ויפגשוהו שני אנשים אחוזי שדים יצאים מבתי הקברות והמה רגונים מאד עד אשר לא יכל איש לעבר בדרך ההוא׃
En als Hij over aan de andere zijde was gekomen in het land der Gergesenen, zijn Hem twee, van den duivel bezeten, ontmoet, komende uit de graven, die zeer wreed waren, alzo dat niemand door dien weg kon voorbij gaan.
8:29
והנה הם צעקים לאמר מה לנו ולך ישוע בן האלהים הבאת הלם לענותנו בלא עתנו׃
En ziet, zij riepen, zeggende: Jezus, Gij Zone Gods! wat hebben wij met U te doen? Zijt Gij hier gekomen om ons te pijnigen voor den tijd?
8:30
ועדר חזירים רבים היה שם במרעה הרחק מהם׃
En verre van hen was een kudde veler zwijnen, weidende.
8:31
ויתחננו אליו השדים לאמר אם תגרשנו שלחנו בעדר החזירים׃
En de duivelen baden Hem, zeggende: Indien Gij ons uitwerpt, laat ons toe, dat wij in die kudde zwijnen varen.
8:32
ויאמר אליהם לכו לכם ויצאו ויבאו בעדר החזירים והנה השתער כל עדר החזירים מן המורד על הים וימותו במים׃
En Hij zeide tot hen: Gaat heen. En zij uitgaande, voeren heen in de kudde zwijnen; en ziet, de gehele kudde zwijnen stortte van de steilte af in de zee, en zij stierven in het water.
8:33
וינוסו הרעים ויבאו העירה ויגידו את הכל ואת אשר נעשה לאחוזי השדים׃
En die ze weidden, zijn gevlucht; en als zij in de stad gekomen waren, boodschapten zij al deze dingen, en wat den bezetenen geschied was.
8:34
והנה כל העיר יצאה לקראת ישוע וכראותם אתו ויבקשו ממנו לעבר מגבולם׃
En ziet, de gehele stad ging uit, Jezus tegemoet; en als zij Hem zagen, baden zij, dat Hij uit hun landpalen wilde vertrekken.

© bibleglot.com