Och, of Gij mij in het graf verstaakt, mij verborgt, totdat Uw toorn zich afkeerde; dat Gij mij een bepaling steldet, en mijner gedachtig waart!
“Keşke beni ölüler diyarına gizlesen,
Öfken geçinceye dek saklasan,
Bana bir süre versen de, beni sonra anımsasan.