Als het dan zal geschied zijn, dat de HEERE, uw God, u zal hebben ingebracht in dat land, dat Hij uw vaderen, Abraham, Izak en Jakob, gezworen heeft, u te zullen geven; grote en goede steden, die gij niet gebouwd hebt,
När nu HERREN, din Gud, låter dig komma in i det land som han med ed har lovat dina fäder, Abraham, Isak och Jakob, att giva dig -- stora och vackra städer, som du icke har byggt,