Getuigenis hebbende van goede werken: zo zij kinderen opgevoed heeft, zo zij gaarne heeft geherbergd, zo zij der heiligen voeten heeft gewassen, zo zij den verdrukten genoegzame hulp gedaan heeft, zo zij alle goed werk nagetracht heeft.
en som har det vittnesbördet om sig, att hon har övat goda gärningar, uppfostrat barn, givit härbärge åt husvilla, tvagit heligas fötter, understött nödlidande, korteligen, beflitat sig om allt gott verk.