Door het geloof heeft Noach, door Goddelijke aanspraak vermaand zijnde van de dingen, die nog niet gezien werden, en bevreesd geworden zijnde, de ark toebereid tot behoudenis van zijn huisgezin; door welke ark hij de wereld heeft veroordeeld, en is geworden een erfgenaam der rechtvaardigheid, die naar het geloof is.
Věrou napomenut jsa od Boha Noé o tom, čehož ještě nebylo viděti, boje se, připravoval koráb k zachování domu svého; skrze kterýžto koráb odsoudil svět, a spravedlnosti té, kteráž jest z víry, učiněn jest dědicem.