Og jeg er bleven Jøderne som en Jøde, for at jeg kunde vinde Jøder; dem under Loven som en under Loven, skønt jeg ikke selv er under Loven, for at jeg kunde vinde dem, som ere under Loven;
En ik ben den Joden geworden als een Jood, opdat ik de Joden winnen zou; dengenen, die onder de wet zijn, ben ik geworden als onder de wet zijnde, opdat ik degenen, die onder de wet zijn, winnen zou.