وَمَعَهُمُ اللاَّوِيُّونَ شَمْعِيَا وَنَثَنْيَا وَزَبَدْيَا وَعَسَائِيلُ وَشَمِيرَامُوثُ وَيَهُونَاثَانُ وَأَدُونِيَّا وَطُوبِيَّا وَطُوبُ أَدُونِيَّا اللاَّوِيُّونَ، وَمَعَهُمْ أَلِيشَمَعُ وَيَهُورَامُ الْكَاهِنَانِ.
En met hen de Levieten, Semaja en Nethanja, en Zebadja, en Asaël, en Semiramoth, en Jonathan, en Adonia, en Tobia, en Tob-adonia, de Levieten, en met hen de priesters Elisama en Joram.