Psalms 48

שיר מזמור לבני קרח גדול יהוה ומהלל מאד בעיר אלהינו הר קדשו׃
Een lied, een psalm, voor de kinderen van Korach.
יפה נוף משוש כל הארץ הר ציון ירכתי צפון קרית מלך רב׃
De HEERE is groot en zeer te prijzen, in de stad onzes Gods, op den berg Zijner heiligheid.
אלהים בארמנותיה נודע למשגב׃
Schoon van gelegenheid, een vreugde der ganse aarde is de berg Sion, aan de zijden van het noorden; de stad des groten Konings.
כי הנה המלכים נועדו עברו יחדו׃
God is in haar paleizen; Hij is er bekend voor een Hoog Vertrek.
המה ראו כן תמהו נבהלו נחפזו׃
Want ziet, de koningen waren vergaderd; zij waren te zamen doorgetogen.
רעדה אחזתם שם חיל כיולדה׃
Gelijk zij het zagen, alzo waren zij verwonderd; zij werden verschrikt, zij haastten weg.
ברוח קדים תשבר אניות תרשיש׃
Beving greep hen aldaar aan, smart als van een barende vrouw.
כאשר שמענו כן ראינו בעיר יהוה צבאות בעיר אלהינו אלהים יכוננה עד עולם סלה׃
Met een oostenwind verbreekt Gij de schepen van Tharsis.
דמינו אלהים חסדך בקרב היכלך׃
Gelijk wij gehoord hadden, alzo hebben wij gezien in de stad des HEEREN der heirscharen, in de stad onzes Gods; God zal haar bevestigen tot in eeuwigheid. Sela.
כשמך אלהים כן תהלתך על קצוי ארץ צדק מלאה ימינך׃
O God! wij gedenken Uwer weldadigheid, in het midden Uws tempels.
ישמח הר ציון תגלנה בנות יהודה למען משפטיך׃
Gelijk Uw Naam is, o God! alzo is Uw roem tot aan de einden der aarde; Uw rechterhand is vol van gerechtigheid.
סבו ציון והקיפוה ספרו מגדליה׃
Laat de berg Sion blijde zijn; laat de dochteren van Juda zich verheugen, om Uwer oordelen wil.
שיתו לבכם לחילה פסגו ארמנותיה למען תספרו לדור אחרון׃
Gaat rondom Sion, en omringt haar; telt haar torens;
כי זה אלהים אלהינו עולם ועד הוא ינהגנו על מות׃
Zet uw hart op haar vesting; beschouwt onderscheidenlijk haar paleizen, opdat gij het aan het navolgende geslacht vertelt. Want deze God is onze God eeuwiglijk en altoos; Hij zal ons geleiden tot den dood toe.