Uit den mond der kinderkens en der zuigelingen hebt Gij sterkte gegrondvest, om Uwer tegenpartijen wil, om den vijand en wraakgierige te doen ophouden.
Quando contemplo os teus céus, obra dos teus dedos, a lua e as estrelas que estabeleceste,
Het gevogelte des hemels, en de vissen der zee; hetgeen de paden der zeeën doorwandelt. O HEERE, onze Heere! hoe heerlijk is Uw Naam op de ganse aarde!
Ó Senhor, Senhor nosso, quão admirável é o teu nome em toda a terra!