Gebied den kinderen Israëls, en zeg tot hen: Wanneer gij in het land Kanaän ingaat, zo zal dit land zijn, dat u ter erfenis vallen zal, het land Kanaän, naar zijn landpalen.
Command the children of Israel, and say unto them, When ye come into the land of Canaan; (this is the land that shall fall unto you for an inheritance, even the land of Canaan with the coasts thereof:)