1. Home
  2. Pair
  3. DutSVV
  4. Esperanto
  5. Ps.121

Psalms 121

121:1
Een lied Hammaaloth. Ik hef mijn ogen op naar de bergen, vanwaar mijn hulp komen zal.
Mi levas miajn okulojn al la montoj: De kie venas al mi helpo?
121:2
Mijn hulp is van den HEERE, Die hemel en aarde gemaakt heeft.
Mia helpo venas de la Eternulo, Kiu kreis la ĉielon kaj la teron.
121:3
Hij zal uw voet niet laten wankelen; uw Bewaarder zal niet sluimeren.
Li ne lasos vian piedon falpuŝiĝi; Via gardanto ne dormetas.
121:4
Ziet, de Bewaarder Israëls zal niet sluimeren, noch slapen.
Jen ne dormetas kaj ne dormas La gardanto de Izrael.
121:5
De HEERE is uw Bewaarder, de HEERE is uw Schaduw, aan uw rechterhand.
La Eternulo estas via gardanto; La Eternulo estas via ombro ĉe via dekstra mano.
121:6
De zon zal u des daags niet steken, noch de maan des nachts.
En la tago la suno vin ne frapos, Nek la luno en la nokto.
121:7
De HEERE zal u bewaren van alle kwaad; uw ziel zal Hij bewaren.
La Eternulo vin gardos de ĉia malbono, Li gardos vian animon.
121:8
De HEERE zal uw uitgang en uw ingang bewaren, van nu aan tot in der eeuwigheid.
La Eternulo gardos vian eliron kaj eniron, De nun kaj eterne.

© bibleglot.com