En hij zeide tot Aäron: Neem u een kalf, een jong rund, ten zondoffer, en een ram ten brandoffer, die volkomen zijn; en breng ze voor het aangezicht des HEEREN.
ויאמר אל אהרן קח לך עגל בן בקר לחטאת ואיל לעלה תמימם והקרב לפני יהוה׃
Toen namen zij hetgeen Mozes geboden had, brengende dat tot voor aan de tent der samenkomst; en de gehele vergadering naderde, en stond voor het aangezicht des HEEREN.
ויקחו את אשר צוה משה אל פני אהל מועד ויקרבו כל העדה ויעמדו לפני יהוה׃
En Mozes zeide tot Aäron: Nader tot het altaar, en maak uw zondoffer, en uw brandoffer toe; en doe verzoening voor u en voor het volk; maak daarna de offerande des volks toe, en doe de verzoening voor hen, gelijk als de HEERE geboden heeft.
ויאמר משה אל אהרן קרב אל המזבח ועשה את חטאתך ואת עלתך וכפר בעדך ובעד העם ועשה את קרבן העם וכפר בעדם כאשר צוה יהוה׃
En de zonen van Aäron brachten het bloed tot hem, en hij doopte zijn vinger in dat bloed, en deed het op de hoornen des altaars; daarna goot hij het bloed uit aan den bodem des altaars.
ויקרבו בני אהרן את הדם אליו ויטבל אצבעו בדם ויתן על קרנות המזבח ואת הדם יצק אל יסוד המזבח׃
Daarna deed hij de offerande des volks toebrengen; en nam den bok des zondoffers, die voor het volk was, en slachtte hem, en bereidde hem ten zondoffer, gelijk het eerste.
ויקרב את קרבן העם ויקח את שעיר החטאת אשר לעם וישחטהו ויחטאהו כראשון׃
Daarna slachtte hij den os, en den ram ten dankoffer, dat voor het volk was; en de zonen van Aäron leverden het bloed aan hem, hetwelk hij rondom op het altaar sprengde;
וישחט את השור ואת האיל זבח השלמים אשר לעם וימצאו בני אהרן את הדם אליו ויזרקהו על המזבח סביב׃
Want een vuur ging uit van het aangezicht des HEEREN, en verteerde op het altaar het brandoffer, en het vet. Als het ganse volk dit zag, zo juichten zij, en vielen op hun aangezichten.
ותצא אש מלפני יהוה ותאכל על המזבח את העלה ואת החלבים וירא כל העם וירנו ויפלו על פניהם׃