Маючи задум такий, чи я чинив легковажно? Чи те, що задумую, за тілом задумую, щоб було в мене і Так, так, і Ні, ні?
Als ik dan dit voorgenomen heb, heb ik ook lichtvaardigheid gebruikt? Of neem ik het naar het vlees voor, hetgeen ik voorneem, opdat bij mij zou wezen, ja, ja, en neen, neen?