Psalms 100

מזמור לתודה הריעו ליהוה כל הארץ׃
Een lofzang. Gij ganse aarde! juicht den HEERE.
עבדו את יהוה בשמחה באו לפניו ברננה׃
Dient den HEERE met blijdschap, komt voor Zijn aanschijn met vrolijk gezang.
דעו כי יהוה הוא אלהים הוא עשנו ולא אנחנו עמו וצאן מרעיתו׃
Weet, dat de HEERE is God; Hij heeft ons gemaakt (en niet wij), Zijn volk en de schapen Zijner weide.
באו שעריו בתודה חצרתיו בתהלה הודו לו ברכו שמו׃
Gaat in tot Zijn poorten met lof, in Zijn voorhoven met lofgezang; looft Hem, prijst Zijn Naam.
כי טוב יהוה לעולם חסדו ועד דר ודר אמונתו׃
Want de HEERE is goed; Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid, en Zijn getrouwheid van geslacht tot geslacht.