Daarna geschiedde het op den zevenden dag, dat zij tot de huisvrouw van Simson zeiden: Overreed uw man, dat hij ons dat raadsel verklare, opdat wij niet misschien u, en het huis uws vaders, met vuur verbranden. Hebt gijlieden ons genodigd, om het onze te bezitten; is het zo niet?
I rzekli dnia siódmego do żony Samsonowej: Namów męża twego, aby nam powiedział zagadkę, byśmy snać nie spalili ciebie, i domu ojca twego ogniem; na tożeście nas wezwali, abyście posiedli majętność naszę, czy nie na to?