at gamle Kvinder ligeledes skulle skikke sig, som det sømmer sig hellige, ikke bagtale, ikke være forfaldne til megen Vin, men være Lærere i, hvad godt er,
De oude vrouwen insgelijks, dat zij in haar dracht zijn, gelijk den heiligen betaamt, dat zij geen lasteressen zijn, zich niet tot veel wijns begevende, maar leraressen zijn van het goede;