Amos 1

Слова Амоса, що був між вівчарями з Текої, які він бачив на Ізраїля за днів Уззійї, Юдиного царя, та за днів Єровоама, Йоашового сина, Ізраїлевого царя, за два роки перед землетрусом.

De woorden van Amos, die onder de veeherderen was van Thekoa, dewelke hij gezien heeft over Israël, in de dagen van Uzzia, koning van Juda, en in de dagen van Jerobeam, zoon van Joas, koning van Israël; twee jaren voor de aardbeving.

І він проказав: Загримить із Сіону Господь, і з Єрусалиму Свій голос подасть, і впадуть пасовища пастуші в жалобу та всохне вершина Кармелу!

En hij zeide: De HEERE zal brullen uit Sion, en Zijn stem verheffen uit Jeruzalem; en de woningen der herderen zullen treuren, en de hoogte van Karmel zal verdorren.

Так говорить Господь: За три переступи Дамаску й за чотири цього не прощу: за те, що вони молотили Ґілеада ціпами залізними.

Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Damaskus, en om vier zal Ik dat niet afwenden; omdat zij Gilead met ijzeren dorswagens hebben gedorst.

І пошлю Я огонь на дім Хазаїла, і пожере він палати Бен-Гадада.

Daarom zal Ik een vuur in het huis van Hazaël zenden, dat zal de paleizen van Benhadad verteren.

І зламаю засува Дамаску, і мешканця витну з долини Авен, і того, хто держатиме берло з Бет-Едене, і арамський народ піде в Кір на вигнання, говорить Господь.

En Ik zal den grendel van Damaskus verbreken, en zal uitroeien den inwoner van Bikeat-aven, en dien, die den scepter houdt, uit Beth-eden; en het volk van Syrië zal gevankelijk weggevoerd worden naar Kir, zegt de HEERE.

Так говорить Господь: За три переступи Аззи й за чотири цього не прощу: що всіх гнали в полон, щоб віддати Едомові.

Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Gaza, en om vier zal Ik dat niet afwenden; omdat zij Mijn volk gevankelijk hebben weggevoerd met een volkomen wegvoering, om aan Edom over te leveren.

І пошлю Я огонь на мур Ґази, і поїсть він палати її.

Daarom zal Ik een vuur zenden in den muur van Gaza, dat zal haar paleizen verteren.

І мешканця витну з Ашдоду, і берлодержця з Ашкелону, і зверну Свою руку на Екрон, і вигинуть рештки филистимлян, говорить Господь.

En Ik zal den inwoner uitroeien uit Asdod, en dien, die den scepter houdt, uit Askelon; en Ik zal Mijn hand wenden tegen Ekron, en het overblijfsel der Filistijnen zal vergaan, zegt de Heere HEERE.

Так говорить Господь: За три переступи Тиру й за чотири цього не прощу: за те, що він видав усіх на вигнання в Едом, і не пам'ятав заповіту братів.

Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Tyrus, en om vier zal Ik dat niet afwenden; omdat zij Mijn volk met een volkomen wegvoering hebben overgeleverd aan Edom, en niet gedacht aan het verbond der broederen.

І пошлю Я огонь на мур Тиру, і пожере він палати його!

Daarom zal Ik een vuur zenden in den muur van Tyrus, dat zal haar paleizen verteren.

Так говорить Господь: За три переступи Едому й за чотири цього не прощу: за те, що мечем він гнав брата свого, і знищив своє милосердя, свій гнів завжди стеріг, а лютість свою пильнував повсякчасно.

Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Edom, en om vier zal Ik dat niet afwenden; omdat hij zijn broederen met het zwaard heeft vervolgd, en zijn barmhartigheden verdorven; en dat zijn toorn eeuwiglijk verscheurt, en hij zijn verbolgenheid altoos behoudt.

І пошлю Я огонь до Теману і пожере він палати Боцри!

Daarom zal Ik een vuur zenden in Theman, dat zal de paleizen van Bozra verteren.

Так говорить Господь: За три переступи Аммонових синів й за чотири цього не прощу: за те, що пороли ґілеадських вагітних, щоб поширити границі свої!

Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen der kinderen Ammons, en om vier zal Ik dat niet afwenden; omdat zij de zwangere vrouwen van Gilead hebben opengesneden, om hun landpale te verwijden.

І огонь запалю Я на мурі Рабби, і пожере він палати її, із криком в день бою, із вихром в день бурі.

Daarom zal Ik een vuur aansteken in den muur van Rabba, dat zal haar paleizen verteren; met een gejuich ten dage des strijds, met een onweder ten dage des wervelwinds.

І піде їхній цар на вигнання, він і князі його разом, говорить Господь.

En hunlieder koning zal gaan in de gevangenis, hij en zijn vorsten te zamen, zegt de HEERE.