Ed Ezechia, re di Giuda, mandò a dire al re d’Assiria a Lakis: "Ho mancato; ritirati da me, ed io mi sottometterò a tutto quello che m’imporrai". E il re d’Assiria impose ad Ezechia, re di Giuda, trecento talenti d’argento e trenta talenti d’oro.
Toen zond Hizkia, de koning van Juda, tot den koning van Assyrië, naar Lachis, zeggende: Ik heb gezondigd, keer af van mij, wat gij mij opleggen zult, zal ik dragen. Toen leide de koning van Assyrië Hizkia, den koning van Juda, driehonderd talenten zilvers, en dertig talenten gouds op.