En de Egyptenaars jaagden hen na, en achterhaalden hen, daar zij zich gelegerd hadden aan de zee; al de paarden, de wagens van Farao en zijn ruiters, en zijn heir; nevens Pi-hachiroth, voor Baäl-zefon.
Egipćani, dakle, pođu za njima u potjeru. I dok su Izraelci taborovali uz more, blizu Pi-Hahirota nasuprot Baal-Sefonu, stignu ih svi faraonovi konji pod kolima, njegovi konjanici i njegovi ratnici.