Og der skal være en ryddet vei, og den skal kalles den hellige vei, ingen uren skal gå på den, men den hører hans folk til; ingen veifarende, ikke engang dårer, skal fare vill.
En aldaar zal een verheven baan, en een weg zijn, welke de heilige weg zal genaamd worden; de onreine zal er niet doorgaan, maar hij zal voor deze zijn; die dezen weg wandelt, zelfs de dwazen zullen niet dwalen.