Leviticus 17

Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende:
І Господь промовляв до Мойсея, говорячи:
Spreek tot Aäron, en tot zijn zonen, en tot al de kinderen Israëls, en zeg tot hen: Dit is het woord, hetwelk de HEERE geboden heeft, zeggende:
Промовляй до Аарона й до синів його, та до всіх Ізраїлевих синів, та й скажеш їм: Оце та річ, що Господь наказав був, говорячи:
Een ieder van het huis Israëls, die een os, of lam, of geit in het leger slachten zal, of die ze slachten zal buiten het leger;
Кожен чоловік з Ізраїлевого дому, що заріже вола, або ягня, або козу в таборі, або щось заріже поза табором,
En dezelve aan de deur van de tent der samenkomst niet brengen zal, om een offerande den HEERE voor den tabernakel des HEEREN te offeren; het bloed zal dienzelven man toegerekend worden, hij heeft bloed vergoten; daarom zal dezelve man uit het midden zijns volks uitgeroeid worden;
а до входу скинії заповіту не приведе того на принесення жертви для Господа перед скинію Господню, то кров буде полічена тому чоловікові, він пролив кров. І буде винищений чоловік той з-посеред народу свого,
Opdat, wanneer de kinderen Israëls hun slachtofferen brengen, welke zij op het veld slachten, dat zij die den HEERE toebrengen, aan de deur van de tent der samenkomst tot den priester, en dezelve tot dankofferen den HEERE slachten.
щоб приводили Ізраїлеві сини свої жертви, які вони ріжуть на чистому полі, і спроваджали для Господа до входу скинії заповіту до священика, і різали їх, як мирні жертви для Господа.
En de priester zal het bloed op het altaar des HEEREN, aan de deur van de tent der samenkomst, sprengen; en hij zal het vet aansteken, tot een liefelijken reuk den HEERE.
І покропить священик тією кров'ю на Господнього жертівника при вході скинії заповіту, та й спалить лій на любі пахощі для Господа.
En zij zullen ook niet meer hun slachtofferen den duivelen, welke zij nahoereren, offeren; dat zal hun een eeuwige inzetting zijn voor hun geslachten.
І щоб вони вже не різали своїх жертов козлам-демонам, за якими вони блудять. Це буде для них вічна постанова на їхні покоління.
Zeg dan tot hen: Een ieder van het huis Israëls, en van de vreemdelingen, die in het midden van hen als vreemdelingen verkeren, die een brandoffer of slachtoffer zal offeren,
А їм скажеш: Кожен чоловік із Ізраїлевого дому та з приходька, що буде мешкати серед вас, який принесе цілопалення або жертву,
En dat tot de deur van de tent der samenkomst niet zal brengen, om hetzelve den HEERE te bereiden; diezelve man zal uit zijn volken uitgeroeid worden.
а до входу скинії заповіту не принесе того, щоб учинити його для Господа, то буде знищений чоловік той з-посеред народу свого!
En een ieder uit het huis Israëls, en uit de vreemdelingen, die in het midden van hen als vreemdelingen verkeren, die enig bloed zal gegeten hebben, tegen diens ziel, die dat bloed zal gegeten hebben, zal Ik Mijn aangezicht zetten, en zal die uit het midden haars volks uitroeien.
А кожен чоловік із Ізраїлевого дому та з приходька, що мешкає серед них, який буде їсти кров, то Я зверну лице Своє проти тієї душі, що їсть вона ту кров, і винищу її з-посеред народу її,
Want de ziel van het vlees is in het bloed; daarom heb Ik het u op het altaar gegeven, om over uw zielen verzoening te doen; want het is het bloed, dat voor de ziel verzoening zal doen.
бо душа тіла в крові вона, а Я дав її для вас на жертівника для очищення за душі ваші, бо кров та вона очищує душу.
Daarom heb Ik tot de kinderen Israëls gezegd: Geen ziel van u zal bloed eten; noch de vreemdeling, die als vreemdeling in het midden van u verkeert, zal bloed eten.
Тому сказав Я Ізраїлевим синам: Кожна душа з вас не буде їсти крови, і приходько, що мешкає серед вас, не буде їсти крови.
Een ieder ook van de kinderen Israëls en van de vreemdelingen, die als vreemdelingen in het midden van hen verkeren, die enig wild gedierte, of gevogelte, dat gegeten wordt, in de jacht gevangen zal hebben; die zal deszelfs bloed vergieten, en zal dat met stof bedekken.
А кожен чоловік із Ізраїлевих синів та з приходька, що мешкає серед них, що вполює здобич звірини або птаства, що їджене, то він виллє кров того й закриє її піском.
Want het is de ziel van alle vlees; zijn bloed is voor zijn ziel; daarom heb Ik tot de kinderen Israëls gezegd: Gij zult geens vleses bloed eten; want de ziel van alle vlees, dat is zijn bloed; zo wie dat eet, zal uitgeroeid worden.
Бо душа кожного тіла кров його, у душі його вона. І сказав Я Ізраїлевим синам: Крови кожного тіла ви не будете їсти, бо душа кожного тіла кров його вона. Усі, що їдять її, будуть понищені.
En alle ziel onder de inboorlingen of onder de vreemdelingen, die een dood aas of het verscheurde zal gegeten hebben, die zal zijn klederen wassen, en zich met water baden, en onrein zijn tot aan den avond; daarna zal hij rein zijn.
А всяка душа, що їстиме падло та розшарпане серед тубільця і серед приходька, нехай випере одежу свою й обмиється в воді, і буде нечистий аж до вечора, а потім стане чистий.
Maar indien hij die niet wast, en zijn vlees niet baadt, zo zal hij zijn ongerechtigheid dragen.
А якщо він не випере, а тіла свого не обмиє, то понесе свою провину.