Zij, die zeven baarde, is zwak geworden; zij heeft haar ziel uitgeblazen, haar zon is ondergegaan, als het nog dag was; zij is beschaamd en schaamrood geworden; en hunlieder overblijfsel zal Ik aan het zwaard overgeven, voor het aangezicht hunner vijanden, spreekt de HEERE.
Zemdleje i ta, która rodziła po siedmiorgu, wypuści duszę swoję, zajdzie jej słońce jeszcze za dnia, zapłonie i wstydzić się będzie; a ostatek ich dam pod miecz przed obliczem nieprzyjaciół ich, mówi Pan.