Giê-ru-sa-lem, đương ngày khốn khổ lưu ly, nhớ xưa trải mọi mùi vui thích; Khi dân nó sa vào tay kẻ nghịch, chẳng ai đến cứu cùng. Quân thù xem thấy nó, chê cười nó hoang vu!
Zain. Jeruzalem is, in de dagen harer ellende en harer veelvuldige ballingschap, indachtig aan al haar gewenste dingen, die zij van oude dagen af gehad heeft; dewijl haar volk door de hand des tegenpartijders valt, en zij geen helper heeft; de tegenpartijders zien haar aan, zij spotten met haar rustdagen.