For Herrens, hærskarenes Guds vingård er Israels hus, og Judas menn hans kjæreste plantning; og han ventet rett, men se, der er blodsutgydelse; han ventet rettferdighet, men se, der er skrik.
Want de wijngaard van den HEERE der heirscharen is het huis van Israël, en de mannen van Juda zijn een plant zijner verlustigingen; en Hij heeft gewacht naar recht, maar ziet, het is schurftheid, naar gerechtigheid, maar ziet, het is geschreeuw.