Niin ota kaikkinaisista sinun maas kasvuista ensimäiset hedelmät, jotka maasta kasvavat, jotka Herra sinun Jumalas sinulle antaa, pane ne koriin, ja mene siihen siaan, jonka Herra sinun Jumalas valitsee nimensä asumasiaksi,
Zo zult gij nemen van de eerstelingen van alle vrucht des lands, die gij opbrengen zult van uw land, dat u de HEERE, uw God, geeft, en zult ze in een korf leggen; en gij zult heengaan tot de plaats, die de HEERE, uw God, verkoren zal hebben, om Zijn Naam aldaar te doen wonen;