Kaj la loto por la Jozefidoj donis: de Jordan kontraŭ Jeriĥo, ĉe la akvo de Jeriĥo, orienten, la dezerton, kiu etendiĝas de Jeriĥo ĝis la monto Bet-El.
Daarna kwam het lot der kinderen van Jozef uit: van de Jordaan bij Jericho, aan het water van Jericho, oostwaarts, de woestijn opgaande van Jericho, door het gebergte Beth-el;