tiam konduku ilin ambaŭ al la pordego de tiu urbo, kaj priĵetu ilin per ŝtonoj, ke ili mortu; la junulinon pro tio, ke ŝi ne kriis en la urbo, kaj la viron pro tio, ke li senhonorigis la edzinon de sia proksimulo. Tiel ekstermu la malbonon el inter vi.
Zo zult gij ze beiden uitbrengen tot de poort derzelver stad, en gij zult hen met stenen stenigen, dat zij sterven; de jonge dochter, ter oorzake, dat zij niet geroepen heeft in de stad, en den man, ter oorzake dat hij zijns naasten vrouw vernederd heeft; zo zult gij het boze uit het midden van u wegdoen.