1. Home
  2. Pair
  3. DutSVV
  4. Ukrainian
  5. John.3

John 3

3:1
En er was een mens uit de Farizeën, wiens naam was Nicodemus, een overste der Joden;
Був один чоловік із фарисеїв Никодим на ім'я, начальник юдейський.
3:2
Deze kwam des nachts tot Jezus, en zeide tot Hem: Rabbi, wij weten, dat Gij zijt een Leraar van God gekomen; want niemand kan deze tekenen doen, die Gij doet, zo God met hem niet is.
Він до Нього прийшов уночі, та й промовив Йому: Учителю, знаємо ми, що прийшов Ти від Бога, як Учитель, бо не може ніхто таких чуд учинити, які чиниш Ти, коли Бог із ним не буде.
3:3
Jezus antwoordde en zeide tot hem: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Tenzij dat iemand wederom geboren worde, hij kan het Koninkrijk Gods niet zien.
Ісус відповів і до нього сказав: Поправді, поправді кажу Я тобі: Коли хто не народиться згори, то не може побачити Божого Царства.
3:4
Nicodemus zeide tot Hem: Hoe kan een mens geboren worden, nu oud zijnde? Kan hij ook andermaal in zijner moeders buik ingaan, en geboren worden?
Никодим Йому каже: Як може людина родитися, бувши старою? Хіба може вона ввійти до утроби своїй матері знову й родитись?
3:5
Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, hij kan in het Koninkrijk Gods niet ingaan.
Ісус відповів: Поправді, поправді кажу Я тобі: Коли хто не родиться з води й Духа, той не може ввійти в Царство Боже.
3:6
Hetgeen uit het vlees geboren is, dat is vlees; en hetgeen uit den Geest geboren is, dat is geest.
Що вродилося з тіла є тіло, що ж уродилося з Духа є дух.
3:7
Verwonder u niet, dat Ik u gezegd heb: Gijlieden moet wederom geboren worden.
Не дивуйся тому, що сказав Я тобі: Вам необхідно родитись згори.
3:8
De wind blaast, waarheen hij wil, en gij hoort zijn geluid; maar gij weet niet, van waar hij komt, en waar hij heen gaat; alzo is een iegelijk, die uit den Geest geboren is.
Дух дихає, де хоче, і його голос ти чуєш, та не відаєш, звідкіля він приходить, і куди він іде. Так буває і з кожним, хто від Духа народжений.
3:9
Nicodemus antwoordde en zeide tot Hem: Hoe kunnen deze dingen geschieden?
Відповів Никодим і до Нього сказав: Як це статися може?
3:10
Jezus antwoordde en zeide tot hem: Zijt gij een leraar van Israël, en weet gij deze dingen niet?
Ісус відповів і до нього сказав: Ти учитель ізраїльський, то чи ж цього не знаєш?
3:11
Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Wij spreken, wat Wij weten, en getuigen, wat Wij gezien hebben; en gijlieden neemt Onze getuigenis niet aan.
Поправді, поправді кажу Я тобі: Ми говоримо те, що ми знаємо, а свідчимо про те, що ми бачили, але свідчення нашого ви не приймаєте.
3:12
Indien Ik ulieden de aardse dingen gezegd heb, en gij niet gelooft, hoe zult gij geloven, indien Ik ulieden de hemelse zou zeggen?
Коли Я говорив вам про земне, та не вірите ви, то як же повірите ви, коли Я говоритиму вам про небесне?
3:13
En niemand is opgevaren in den hemel, dan Die uit den hemel nedergekomen is, namelijk de Zoon des mensen, Die in den hemel is.
І не сходив на небо ніхто, тільки Той, Хто з неба зійшов, Людський Син, що на небі.
3:14
En gelijk Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, alzo moet de Zoon des mensen verhoogd worden;
І, як Мойсей підніс змія в пустині, так мусить піднесений бути й Син Людський,
3:15
Opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.
щоб кожен, хто вірує в Нього, мав вічне життя.
3:16
Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.
Так бо Бог полюбив світ, що дав Сина Свого Однородженого, щоб кожен, хто вірує в Нього, не згинув, але мав життя вічне.
3:17
Want God heeft Zijn Zoon niet gezonden in de wereld, opdat Hij de wereld veroordelen zou, maar opdat de wereld door Hem zou behouden worden.
Бо Бог не послав Свого Сина на світ, щоб Він світ засудив, але щоб через Нього світ спасся.
3:18
Die in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar die niet gelooft, is alrede veroordeeld, dewijl hij niet heeft geloofd in den Naam des eniggeboren Zoons van God.
Хто вірує в Нього, не буде засуджений; хто ж не вірує, той вже засуджений, що не повірив в Ім'я Однородженого Сина Божого.
3:19
En dit is het oordeel, dat het licht in de wereld gekomen is, en de mensen hebben de duisternis liever gehad dan het licht; want hun werken waren boos.
Суд же такий, що світло на світ прибуло, люди ж темряву більш полюбили, як світло, лихі бо були їхні вчинки!
3:20
Want een iegelijk, die kwaad doet, haat het licht, en komt tot het licht niet, opdat zijn werken niet bestraft worden.
Бо кожен, хто робить лихе, ненавидить світло, і не приходить до світла, щоб не зганено вчинків його.
3:21
Maar die de waarheid doet, komt tot het licht, opdat zijn werken openbaar worden, dat zij in God gedaan zijn.
А хто робить за правдою, той до світла йде, щоб діла його виявились, бо зроблені в Бозі вони.
3:22
Na dezen kwam Jezus en Zijn discipelen in het land van Judea, en onthield Zich aldaar met hen, en doopte.
По цьому прийшов Ісус та учні Його до країни Юдейської, і з ними Він там проживав та христив.
3:23
En Johannes doopte ook in Enon bij Salim, dewijl aldaar vele wateren waren; en zij kwamen daar, en werden gedoopt.
А Іван теж христив в Еноні поблизу Салиму, бо було там багато води; і приходили люди й христились,
3:24
Want Johannes was nog niet in de gevangenis geworpen.
бо Іван до в'язниці не був ще посаджений.
3:25
Er rees dan een vraag van enigen uit de discipelen van Johannes met de Joden over de reiniging.
І зчинилось змагання Іванових учнів з юдеями про очищення.
3:26
En zij kwamen tot Johannes, en zeiden tot hem: Rabbi, Die met u was over de Jordaan, Welken gij getuigenis gaaft, zie, Die doopt, en zij komen allen tot Hem.
І прийшли до Івана вони та й сказали йому: Учителю, Той, Хто був із тобою по той бік Йордану, про Якого ти свідчив, ото христить і Він, і до Нього всі йдуть.
3:27
Johannes antwoordde en zeide: Een mens kan geen ding aannemen, zo het hem uit den hemel niet gegeven zij.
Іван відповів і сказав: Людина нічого приймати не може, як їй з неба не дасться.
3:28
Gijzelven zijt mijn getuigen, dat ik gezegd heb: Ik ben de Christus niet; maar dat ik voor Hem heen uitgezonden ben.
Ви самі мені свідчите, що я говорив: я не Христос, але посланий я перед Ним.
3:29
Die de bruid heeft, is de bruidegom, maar de vriend des bruidegoms, die staat en hem hoort, verblijdt zich met blijdschap om de stem des bruidegoms. Zo is dan deze mijn blijdschap vervuld geworden.
Хто має заручену, той молодий. А дружко молодого, що стоїть і його слухає, дуже тішиться з голосу молодого. Така радість моя оце здійснилась!
3:30
Hij moet wassen, maar ik minder worden.
Він має рости, я ж маліти.
3:31
Die van boven komt, is boven allen; die uit de aarde is voortgekomen, die is uit de aarde, en spreekt uit de aarde. Die uit den hemel komt, is boven allen.
Хто зверху приходить, Той над усіма. Хто походить із землі, то той земний, і говорить поземному. Хто приходить із неба, Той над усіма,
3:32
En hetgeen Hij gezien en gehoord heeft, dat getuigt Hij; en Zijn getuigenis neemt niemand aan.
і що бачив і чув, те Він свідчить, та свідоцтва Його не приймає ніхто.
3:33
Die Zijn getuigenis aangenomen heeft, die heeft verzegeld, dat God waarachtig is.
Хто ж прийняв свідоцтво Його, той ствердив тим, що Бог правдивий.
3:34
Want Dien God gezonden heeft, Die spreekt de woorden Gods; want God geeft Hem den Geest niet met mate.
Бо Кого Бог послав, Той Божі слова промовляє, бо Духа дає Бог без міри.
3:35
De Vader heeft den Zoon lief, en heeft alle dingen in Zijn hand gegeven.
Отець любить Сина, і дав усе в Його руку.
3:36
Die in den Zoon gelooft, die heeft het eeuwige leven; maar die den Zoon ongehoorzaam is, die zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem.
Хто вірує в Сина, той має вічне життя; а хто в Сина не вірує, той життя не побачить а гнів Божий на нім перебуває.

© bibleglot.com