De hovaardigen hebben mij een strik verborgen, en koorden; zij hebben een net uitgespreid aan de zijde des wegs; valstrikken hebben zij mij gezet. Sela.
Ειπα προς τον Κυριον, Συ εισαι ο Θεος μου ακροασθητι, Κυριε, της φωνης των δεησεων μου.
Ik weet, dat de HEERE de rechtzaak des ellendigen, en het recht der nooddruftigen zal uitvoeren. Gewisselijk, de rechtvaardigen zullen Uw Naam loven; de oprechten zullen voor Uw aangezicht blijven.
Βεβαιως οι δικαιοι θελουσι δοξολογει το ονομα σου οι ευθεις θελουσι κατοικει εμπροσθεν του προσωπου σου.