Is er een hand vol koren in het land op de hoogte der bergen, de vrucht daarvan zal ruisen als de Libanon; en die van de stad zullen bloeien als het kruid der aarde.
Ymnigt växe säden i landet, ända till bergens topp; dess frukt må susa likasom Libanons skog; och folk blomstre upp i städerna såsom örter på marken.
Zijn naam zal zijn tot in eeuwigheid; zolang als er de zon is, zal zijn naam van kind tot kind voortgeplant worden; en zij zullen in hem gezegend worden; alle heidenen zullen hem welgelukzalig roemen.
Hans namn förblive evinnerligen; så länge solen skiner, fortplante sig hans namn. Och i honom välsigne man sig; alla hedningar prise honom säll.