Al de vorsten des rijks, de overheden en stadhouders, de raadsheren en landvoogden hebben zich beraadslaagd een koninklijke ordonnantie te stellen, en een sterk gebod te maken, dat al wie in dertig dagen een verzoek zal doen van enigen god of mens, behalve van u, o koning! die zal in den kuil der leeuwen geworpen worden.
Så låt nu, o konung, härom utfärda ett förbud och sätta upp en skrivelse, som efter Mediens och Persiens oryggliga lag icke kan återkallas.»Est. 1,19. 8,8.