En het geschiedde in dienzelven nacht, dat de HEERE tot hem zeide: Neem een var van de ossen, die van uw vader zijn, te weten, den tweeden var, van zeven jaren; en breek af het altaar van Baäl, dat van uw vader is, en houw af het bos, dat daarbij is.
I stało się onej nocy, że mu rzekł Pan: Weźmij cielca dorosłego, który jest ojca twego, tego cielca drugiego siedmioletniego, a rozwal ołtarz Baalów, który jest ojca twego, i gaj, który jest około niego, wysiecz;