Want het is ons genoeg, dat wij den voorgaande tijd des levens der heidenen wil volbracht hebben, en gewandeld hebben in ontuchtigheden, begeerlijkheden, wijnzuiperijen, brasserijen, drinkerijen en gruwelijke afgoderijen;
For det er nok at I i den fremfarne livstid har gjort hedningenes vilje, idet I ferdedes i skamløshet, lyster, fyll, svir, drikk og skammelig avgudsdyrkelse;