Laat hen beschaamd en verschrikt wezen tot in eeuwigheid, en laat hen schaamrood worden, en omkomen; Opdat zij weten, dat Gij alleen met Uw Naam zijt de HEERE, de Allerhoogste over de ganse aarde.
Kia matau ai ratou, ko koe anake, ko Ihowa nei tou ingoa, te Runga Rawa i te whenua katoa.