En Manasse verdreef Beth-sean niet, noch haar onderhorige plaatsen, noch Thaanach met haar onderhorige plaatsen, noch de inwoners van Dor met haar onderhorige plaatsen, noch de inwoners van Jibleam met haar onderhorige plaatsen, noch de inwoners van Megiddo met haar onderhorige plaatsen; en de Kanaänieten wilden wonen in hetzelve land.
ולא הוריש מנשה את בית שאן ואת בנותיה ואת תענך ואת בנתיה ואת ישב דור ואת בנותיה ואת יושבי יבלעם ואת בנתיה ואת יושבי מגדו ואת בנותיה ויואל הכנעני לשבת בארץ הזאת׃