En David bleef bij Achis te Gath, hij en zijn mannen, een iegelijk met zijn huis; David met zijn beide vrouwen, Ahinoam, en Jizreëlietische, en Abigaïl, de huisvrouw van Nabal, de Karmelietische.
I bydlil David s Achisem v Gát, on i muži jeho, jeden každý s čeledí svou, David i dvě ženy jeho, Achinoam Jezreelská, a Abigail Karmelská někdy žena Nábalova.