Gospodin im odvrati: "Da imate vjere koliko je zrno gorušičino, rekli biste ovom dudu: 'Iščupaj se s korijenom i presadi se u more!' I on bi vas poslušao."
En de Heere zeide: Zo gij een geloof hadt als een mostaardzaad, gij zoudt tegen dezen moerbezienboom zeggen: Word ontworteld, en in de zee geplant, en hij zou u gehoorzaam zijn.
"Tko će to od vas reći sluzi svomu, oraču ili pastiru, koji se vrati s polja: 'Dođi brzo i sjedni za stol?'
En wie van u heeft een dienstknecht ploegende, of de beesten hoedende, die tot hem, als hij van den akker inkomt, terstond zal zeggen: Kom bij, en zit aan?
Neće li mu naprotiv reći: 'Pripravi što ću večerati pa se pripaši i poslužuj mi dok jedem i pijem; potom ćeš ti jesti i piti?'
Maar zal hij niet tot hem zeggen: Bereid, dat ik te avond zal eten, en omgord u, en dien mij, totdat ik zal gegeten en gedronken hebben; en eet en drink gij daarna?
Tako i vi: kad izvršite sve što vam je naređeno, recite: 'Sluge smo beskorisne! Učinismo što smo bili dužni učiniti!'"
Alzo ook gij, wanneer gij zult gedaan hebben al hetgeen u bevolen is, zo zegt: Wij zijn onnutte dienstknechten; want wij hebben maar gedaan, hetgeen wij schuldig waren te doen.
Kad ih Isus ugleda, reče im: "Idite, pokažite se svećenicima!" I dok su išli, očistiše se.
En als Hij hen zag, zeide Hij tot hen: Gaat heen en vertoont uzelven den priesteren. En het geschiedde, terwijl zij heengingen, dat zij gereinigd werden.
Upitaju ga farizeji: "Kad će doći kraljevstvo Božje?" Odgovori im: "Kraljevstvo Božje ne dolazi primjetljivo.
En gevraagd zijnde van de Farizeën, wanneer het Koninkrijk Gods komen zou, heeft Hij hun geantwoord en gezegd: Het Koninkrijk Gods komt niet met uiterlijk gelaat.
Zatim reče učenicima: "Doći će dani kad ćete zaželjeti vidjeti i jedan dan Sina Čovječjega, ali ga nećete vidjeti.
En Hij zeide tot de discipelen: Er zullen dagen komen, wanneer gij zult begeren een der dagen van den Zoon des mensen te zien, en gij zult dien niet zien.
Jer kao što munja sijevne na jednom kraju obzorja i odbljesne na drugom, tako će biti i sa Sinom Čovječjim u Dan njegov.
Want gelijk de bliksem, die van het ene einde onder den hemel bliksemt, tot het andere onder den hemel schijnt, alzo zal ook de Zoon des mensen wezen in Zijn dag.
jeli su, pili, ženili se i udavali do dana kad Noa uđe u korablju. I dođe potop i sve uništi.
Zij aten, zij dronken, zij namen ten huwelijk, zij werden ten huwelijk gegeven, tot den dag, op welken Noach in de ark ging, en de zondvloed kwam, en verdierf ze allen.
"U onaj dan tko bude na krovu, a stvari mu u kući, neka ne siđe da ih uzme.
In dienzelven dag, wie op het dak zal zijn, en zijn huisraad in huis, die kome niet af, om hetzelve weg te nemen; en wie op den akker zijn zal, die kere desgelijks niet naar hetgeen, dat achter is.